De werkwijze
Maak onderstaande opdrachten in groepjes van drie
leerlingen.
Opdracht 1
Je weet ongetwijfeld al het een en ander over het
ontstaan van de landbouw in de prehistorie. Sommige
dingen weet je misschien zeker, andere dingen vermoed je
alleen maar.
Vul daarom om te beginnen, nadat je met elkaar hebt
overlegd, het onderdeel
'voor'
van dit schema (in word) in. Het onderdeel
'na' komt later aan de orde.
De vragen die je in dit schema gaat beantwoorden zijn:
- Wanneer zijn landbouw en veeteelt ontstaan?
- Waar zijn landbouw en veeteelt ontstaan?
- Wat waren de belangrijkste veranderingen als
gevolg van de komst van landbouw en veeteelt?
Opdracht 2
Wanneer gingen de mensen voor het eerst aan landbouw
doen?
Gebruik in ieder geval
bron 1,
bron 2 en bron
3.
Opdracht 3
Waar ging men voor het eerst aan landbouw
en veeteelt doen en waarom juist daar?
Gebruik in ieder geval
bron 1,
bron 2 en bron
3.
Vul je antwoord in in het
schema bij 'na'.
Opdracht 4
Wat veranderde er in de manier van leven van mensen
door de komst van landbouw en veeteelt? Gebruik
bron 4
en bron 5
en eventueel ook
dit filmpje of
dit filmpje.
Vul je antwoord in in het
schema bij 'na'.
Opdracht 5
In Nederland verschenen de eerste boeren omstreeks
5300 voor Christus, in Zuid-Limburg. In het noorden
duurde dat tot ongeveer 4000 tot 3500 voor Christus. De
eerste boeren in het noorden van Nederland noemen we de
hunebedbouwers. Maak de
opdrachten over de hunebedbouwers.
|