Voorouders van Bieuwkje Wijnalda

Gerrit Hendriks van der Kaap was de oudste  zoon van Elske van der Kaap en Hendrik Oeges met wie zij geen blijvende relatie had. Gerrit was getrouwd met Bieuwkje Wijnalda, een telg uit een  doopsgezinde familie uit Surhuisterveen.  

Wijnalda

Dominee Ellert Wijnalda

 

Het verhaal van de Wijnalda's begint ergens in het begin van de achttiende eeuw met Ellert IJettes Wijnalda (Eyldart Ytes, Eilert Ietes Winnalda). Het verhaal gaat dat hij een zoon was van een Pruisische immigrant, maar dit verhaal heb ik tot nu toe nergens bevestigd kunnen krijgen. Wanneer hij is geboren is niet bekend, hij is overleden in 1786. Mogelijk is hij op 3 februari 1730 aangenomen als lidmaat van de doopsgezinde kerk en op die dag ook gedoopt.

Ellert trouwde (ondertrouw 3-9-1740 in Leeuwarden) met Ebeltje Foekes Oenema tot Bottinga, geboren in 1710 in Dantumawoude, gedoopt op donderdag 3 juni 1734 in Dantumawoude en overleden op woensdag 19 april 1786 in Surhuisterveen. Zij was een dochter van Foeke Deddes Oenema tot Bottinga (overleden op 14-11-1748?) en Auck Joukes, dochter van Joucke Foekes (geboren in Dantumawoude) en Janke Clases (geboren in Ternaard) (derde proclamatie van hun huwelijk op 8-2-1669).

 

Ellert Wijnalda was leeraar der doopsgezinde tot Zúiderhúisterveen was, maar wel een leraar (voorganger) die niet (officieel) gestudeerd had. Hij diende de gemeente van Surhuisterveen van 1745 - 1794, als opvolger van Jan Thomas. Hij heeft, aldus de website over de geschiedenis van de doopsgezinde kerk in Surhuisterveen, het doopregister van de vermaning, zoals een kerk bij de dooopsgezinden wordt genoemd,  met duidelijke en mooie hand bijgehouden. Beroepen in 1745 kreeg hij vrij wonen, turf en zoveel penningen, "als de dyakenen van de leden inforderden en geen land toe".

Over zijn intrede op 27-06-1745 zegt hij in het gemeenteboek:

‘En de dag doe ick mijn intreed deed was den 27 Júnij 1745 wierd hier drieemaal gepredickt door Age Winnalda úit Micha 7. vs. 4 ter bevestiging en ick Eildart Winnalda úit 2 Correnten 4 vers 5 tot intreed en Hans (Jansz) Bakker uit Mattheus 5 vs 20 den Eene was leeraar tot Harlem den ander tot Woudsend en ik voor dezen tot Kollommerzwaag het eene was mijn broeder en de ander mijn neef’.

Micha 7 versie 4

De deugdzaamste van hen is als een doornstruik, de oprechtste is erger dan een stekelhaag. De dag van straf, door uw wachters aangekondigd, is gekomen, en het volk is in beroering!

Tweede brief aan de Korinthiërs 4 vers 5

Wij verkondigen niet onszelf, wij verkondigen dat Jezus Christus de Heer is en dat wij omwille van hem uw dienaren zijn.

Matteüs 5 vers 20

Want ik zeg jullie: als jullie gerechtigheid niet groter is dan die van de schriftgeleerden en de farizeeën, zullen jullie zeker het koninkrijk van de hemel niet binnengaan.




Het zal waarschijnlijk een lange dienst zijn geweest, want blijkbaar hiled men in die tijd van lange preken. De preek die zijn broer Age hield bij de inwijding van de vermaning in Buitenpost besloeg uitgeschreven 46 bladzijden (zie hieronder).

Age Wijnalda

Sir Age Wijnalda, de broer van Eilert Wijnalda, is geboren te Dokkum op 17 oktober 1712 en overleden op 19 oktober 1792 als 'rustend leeraar bij de Doopsgezinden te Haarlem'. Hij is in 1754 geridderd in Herrenhausen (Hannover) door de koning van Groot-Brittannië (vermoedelijk George II, 1683-1760) voor diensten verleend aan de kroon. Wat die diensten zijn wordt nergens vermeld. Age was de stichter van de "Doopsgezinde Schaar". Hij liet, volgens Cornelis de Koning,  'zulk eene eervolle nagedachtenis na, dat, toen zijn vriend Adriaan Loosjes Pz. een fraai afbeeldsel van hem door Is. de Wit Jz. liet graveeren, hij daaronder het volgende bijschrift voegde:

De eenvouwdige Ernst en Deugd schijnt nog van't aangezigt
Des grijzen Leeraars af, die, als een eerlijk Christen,
Der Doopsgezinden Schaar geleerd heeft en gesticht,
Vervreemd van ijdele eer en waangeleerde twisten ....
Wie ziet dat grijze hoofd in zo verheven licht
En voelt geen stil ontzag voor dien geliefden Vader?
Die derft en Menschlijkheid en Christlijkheid te gader.'

 

Portret op 28-03-1792 gemaakt door Wybrand Hendriks (ad vivum delineavit). De scultuur is van de hand van  Izaak de Wit Jszn 1744-1809.

<

Doopsgezinde kerk, Grote Houtstraat & Peuzelaarsteeg & Frankestraat, Haarlem

 

Age was in 1778 een van de eerste leden van Teylers Eerste genootschap (Teylers Godgeleerd Genootschap). Dit theologisch genootschap was opgericht als een van de  resultaten van het testament van Piter Teylers van der Hulst. Het testament had bepaald dat er twee remonstranten en drie baptisten zitting in moesten nemen. Omdat er zes leden moesten zijn, benoemden de eerste vijf een zesde lid, een baptist.

 

Zijn opleiding kreeg hij aan het Remonstrants seminarie in Amsterdam en hij diende van 1733-1736 in het Duitse Emden, waarna hij naar Haarlem verhuisde. Hij bewoonde het buitenverblijf Sparenrust aan het Spaarne en had daarnaast een huis in de Schagchelstraat.

 

Antonie Lodewijk Koster (1859-1937), links is het buiten Sparenrust.

 

 

Toen in Buitenpost (Friesland) de eerste Doperse Vermaning in gebruik werd genomen hield Age Wijnalda, leraar te Haarlem, op 19-08-1742 de inwijdingspreek, liefst 46 bladzijden lang. Zijn  leerrede naar aanleiding van psalm 26 vers 8 had als thema: "Davids liefde tot Gods huis". Die preek is in druk verschenen en is een van de weinige dingen die bewaard zijn gebleven van de geschiedenis der Dopers in Buitenpost.

 


Psalm 26:8
HEER, het huis waar u woont heb ik lief, de plaats waar uw glorie verblijft.

 

Davids liefde tot Gods Huis, overwoogen en getoond in eene leerreden over psalm XXVI: 8, gedaan ter inwydinge van de nieuw gebouwde vergaderplaats der Doopsgezinden te Buitenpost in Vriesland / aldaar uitgesprooken den 19den Augustus, 1742, door Age Wynalda (Tresoar, F 3085).

Gezina Wijnalda en Jan Nieuwenhuizen

Gezina Wijnalda was de zuster van Eilert en Age. Zij werd geboren op 21 juni 1722 in Dokkum en overleed op 23 mei 1787. Zij trouwde op 9 mei 1751 met Jan Nieuwenhuizen (Haarlem, 1 (of)  4 september 1724 - Amsterdam, 24 februari 1806 in Monnickendam).  Hij was de zoon van Maarten Jansz Nieuwenhuyzen, Christenleeraar bij ene Doopsgezinde Gemeente en Grietje van Dalen.

 

Hij was aanvankelijk opgeleid als boekdrukker en werd in 1743 lid van het boekdrukkersgilde in Haarlem.  Hij  woonde op het 'verwulft van de Groote Houtsraat opkomende aan de regterzijde' in Haarlem. Hij behoorde daar niet tot de regenten, als doopsgezinde mocht hij geen openbare functies bekleden.  Jaren later koos hij voor een andere richting en volgde een opleiding aan het doopsgezind seminarium in Amsterdam. Zijn drukkerij en boekwinkel verkocht hij in 1758. In 1758 werd hij predikant te Middelharnis. Later zou hij predikant worden in Aardenburg (1763-1771) en uiteindelijk in Monnickendam

 

 Nieuwenhuyzen was sterk sociaal betrokken man, getroffen door de idealen van de Verlichting. Dit deed hem in een gespreksgroep een plan te opperen om een genootschap voor volksontwikkeling te stichten. Zijn zoon Martinus Nieuwenhuyzen, geneesheer te Edam, werkte dit plan concreet uit en zo werd op 16 november 1784 in diens woonhuis het "Genoodschap van Konsten en Wetenschappen, onder de zinspreuk: Tot Nut van 't Algemeen" opgericht.

 

Vergadering van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen in de Lutherse Oude Kerk te Amsterdam, 10 augustus 1790. Gravure door J. de Wit naar J. Bulthuis.

 

Onder alle voorname mannen die in Haarlem zijn geboren deed niemand aan het 'gansche Vaderland zulk eenen uitstekenden en wijduitgestrekten dienst, dan de beroemde en door zijne Christelijke deugden vereerenswaardige Stichter der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen.


Jan Nieuwenhuijzen, geschilderd door Adriaan de Lelie en een beeld van Hans Luchies, aangeboden door het hoofdbestuur en makelaar Van Overbeek, Edam 14-4-2007 .

 

Jan Nieuwenhuizen en zijn vrouw Gezina Wijnalda hebben twee naast elkaar gelegen graven in de Grote Kerk in Monnickendam. Hij werd op 3 juni 1806 in graf nr 6 op grafrij 1 begraven. Een aantekening in het begraafboek luidt: 'De twee graaven zijn versegelt voor altoos, mits dat de lijken van Marie Nieuwenhuijzen, dogter van Jan Nieuwenhuijzen en haar man D.W. van Sittert komende te overlijden daar in begraven morgen worden'.

 

In dezelfde kerk bevindt zich ook een grafgedenkteken van Jan Nieuwenhuyzen, gemaakt door Charles en Jean François Sigault. Op het Noordeinde no. 13, de vroegere Nuts- kleuterschool, is boven de deur zijn beeltenis in steen aangebracht. Jan Nieuwenhuyzen was voorganger van de Doopsgezinde gemeente in Monnickendam en zijn bekendheid dankt hij aan zijn initiatief om een vereniging op te richten, de huidige Maatschappij tot Nut van ’t algemeen (1793).

 

Jan en Gezina hadden drie kinderen, Age, Margaretha en Martinus.

 

Over Age is niets bekend.

 

Hun dochter Margaretha (Marie) Nieuwenhuizen werd geboren in Haarlem in 1756/57 en overleed op 22-05-1833 in Velsen. Zij trouwde op 07-04-1797  met weduwnaar Dirk Willem van Sittert, geboren in Zutphen in 1759/1760 en overleden op 18-03-1823 in Velsen  (doopsgezind en vermoedelijk was hij boekhandelaar in Amsterdam, waar hij in 1838 een eigen boekwinkel opende). Dirk Willem woonde in de periode 1797-1804 en in 1807 in Utrecht. Hijm had een zoon uit een eerder huwelijk: Sander van Sittert, geboren rond 1786, die op 20 oktober 1810 trouwde met Alida Cramer. Op 28 juli 1808 sluit Christiaan Lodewijk Volmar een contract van Compagnonschap van negotie en handel in chemische en pharmaceutische preparaten, drogerijen en kruiden, alsmede in de apotheek (nots Volkerse acte 880) met Sander van Sittert. De helft van het huis op de Middeldam nr 8 (verp. nr 454, wijk II nr 125) gaat over in eigendom van Sander Sittert (overeenkomstig het contract) voor 250,-.Vier jaar later op 4 april 1812 wordt de andere helft van het huis en apotheek voor Fr. frs 525 of 250,- gulden en de meubelen en koopwaar voor Fr./ frs 78,75 aan Sander van Sittert verkocht. Zij hadden vier kinderen: Johanna Christina Regina, Dirk Willem, Grietje en nog een Johanna. 

Johanna Christina Regina van Sittert werd geboren in 1807 in Monnickendam en overleed op 23-02-1840 in Zutphen. Zij trouwde met David Barent Roelofsen (meester metselaar), geboren in 1806/1807 en overleden op 25-08-1854 in Zutphen, zoon van Rickeld Roelofsen (tinnegieter) en Ida van Sittert.
Dirk Willem van Sittert, werd geboren op 20-09-1811 in Monnickendam. Hij trouwde op 17-02-1847 met Geertruida Huberta van Niftrik, geboren op 25-03-1821 in Nijmegen, dochter van Gerrit Cornelis van Niftrik en Huberta Vleijshouwer.

Johanna van Sittert, geboren 1817 in Monnickendam en overleden op 15-11-1842 in Goor.

 

Hun zoon Martinus (geboren  op 9 december 1759 in Middelharnis, overleden op 6 maart 1793.) studeerde drie jaar geneeskunde aan de universiteit (Akademie) van Harderwijk, waarna hij naar Franeker verhuisde waar hij op 9 december 1784  doctor in de geneeskunde werd. Hij trouwde in 1789 met Anna Maria Herdingh (geboren op 14-10-1765 in Haarlem en overleden op 3-7-1813 in Haarlem). Zij hadden een dochter, Gesina Geertruida Nieuwenhuijzen, geboren in 1790 en overleden op 22-05-1860. Zij trouwde op 30-04-1817 met Jan Reinier Goteling Vinnis, geboren in 1789. Gesina werd op 26-07-1817 benoemd tot regentes van het weeshuis der doopsgezinden.  Gesina en Jan Reinier hadden twee kinderen:

 

Hun dochter Anna Maria Goteling Vinnis werd geboren in 1817/18 en overleden op 2 augustus 1892. Zij was op 15-05-1844 getrouwd met Arie Cornelis Krüseman (Haarlem, boekverkooper), overleden op 15 april 1894, zoon van Hendrik Dirk Krüseman (apotheker, eigenaar "Het Huis van Nassau" Grote Houtstraat 52, van zijn schoonmoeder, Jacomina Polman ) en Maria Mooij.

 



Arie Cornelis Krüseman die als man den bloei en de ontwikkeling der Nederlandschie letteren en wetenschap zoo met hart en ziel zou bevorderen en als uitgever, als tusschenpersoon tusselien schrijver en publiek, zoo vele en zoo tallooze vaderlandsche werken zou weten te verspreiden en zijn kenuis en kunst dienstbaar zou maken aan de verheffing van het Neder landsche volk? En waarlijk niet slechts als handelaar met de kopy van anderen, niet louter uit winstbejag, zou hij de gaven van zijn auteurs alleen tot eigen voordeel trachten te benut-
ten. Laat uw licht schijnen in de duisternis; laat ook anderen de geestelijke vruchten genieten van het weten, dat gij U door studie en door arbeid verworven hebt; lielpt mede aan het
verhoogen van het peil van uw landgenooten, want

Niet dair en nut de Wetenschap,
Waar 't hoofd heur kreits omsluit:
Ze moet door hart en ziele heen,
£n in het leven uit. '

Dat was de leuze, die Kruseman zou kiezen; dat was de wirapel, waaronder hij zijn bootje de helling zou laten afloopen; dat was de vaan, waarmede hij een veiligen weg zou weten.

 

Hun zoon Jan Goteling werd geboren op 06-04-1758 in Haarlem en overleed op 23 mei 1822 in Haarlem. Hij was getrouwd met Trijntje Vinnis, geboren op 2-3-1760 en overleden op 15 januari 1820 in Haarlem.

 


Martinus Nieuwenhuyzen 1759-1793
 

 

Janke Ellerts Wijnalda

Janke Eilerts Wijnalda werd geboren op 30-10-1739 te Surhuisterveen (gedoopt op 29 januari 1761 door haar vader). Zij overleed op 24-03-1808 in Surhuisterveen. Janke was de dochter van Ellert IJettes Wijnalda  en Ebeltie Foekes Oenema tot Bottinga. Zij trouwde op 11-07-1762 te Dantumawoude met Johannes Douwes uit Surhuisterveen, geboren rond 1735.

 

Douwe Johannes Wijnalda

 

Douwe Johannes Wijnalda, zoon van Johannes en Janke nam de achternaam van zijn moeder aan, Hij was landbouwer, veerschipper, koopman en diaken in de doopsgezinde kerk). Hij  werd geboren rond 17685 en doopsgezind gedoopt in Surhuisterveen op 7-02-1799 (tekst Spreuken 28 vs 13) en overleden (35 jaar oud) in Surhuisterveen op 06-07-1803. Hij trouwde in Surhuisterveen op 30-11-1794 met Bieuwkje Gjalts Gjaltema, geboren rond 1768, doopsgezind gedoopt in Surhuisterveen op 7-02-1799 (zelfde tekst) en overleden in Surhuisterveen op 20-06-1851. Zij was een dochter van Gjelt Ruurds Birsema (boer en herbergier/brouwer De Roskam), geboren te Kollum in het jaar 1723, gedoopt te Surhuisterveen op 30 december 1761 (Doopsgezind), wonende te Kollum, overleden te Surhuisterveen op 26 juli 1793 en Antje Hepkes Buma (Zij erfde van haar ouders in 1777 de boerderij en landerijen te Vierhuizen (Surhuisterveen). Haar broer Egbert de boerderij en landerijen te Buweklooster).

 

Johannes Douwes Wijnalda 
 
Johannes Douwes Wijnalda (visser) werd geboren op 15-04-1797 te Surhuisterveen en overleed op 29-12-1841 te Opsterland. Hij trouwde op 14-05-1825 in Achtkarspelen met Aaltje Taekes Hoekstra, geboren rond 1802 te Grootegast. Aaltje was een dochter van Teeke Mennes en Antje Klazes Hoekstra.

 

Bieuwkje Johannes Wijnalda

 

Bieuwkjen Johannes Wijnalda was een dochter van Johannes en Aaltje. Zij werd geboren te Surhuisterveen (Achtkarspelen) op 27-05-1826. Op 28 december 1843 trouwde zij in Marum met Gerrit Hendriks van der Kaap.   


Referenties

http://www.nutalgemeen.nl/over-t-nut/historie 
http://www.nutburgum.nl/newhist_alg.php 
http://www.nutalgemeen.nl/pdf/NUT-BroekinWaterland-2014 
http://arjaentje.blogspot.nl/2013/03/jan-nieuwenhuijzen-1724-1806-en.html
Cornelis de Koning, Tafereel der stad Haarlem en derzelver geschiedenis, deel IV, uitgegeven in Haarlem, bij A. Loosjes in 1808. 
Doopsgezinde gemeente Surhuisterveen
Geysbeek, Pieter Gerardus Wisen (1823). Biographisch, antlhogisch en critisch woordenboek der Nederduitsche dichters. Amsterdam: C.L. Schleijer
Helsloot, P.N.: Martinus Nieuwenhuyzen; pionier van onderwijs en volksontwikkeling (Edam, 1993) 
http://www.doopsgezindsurhuisterveen.nl/naamlijst_leden_1730___1858.htm 
http://www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=nieu021 
 
Hajenius, A.M.C. Dopers in de Domstad: Geschiedenis van de Doopsgezinde Gemeente Utrecht 1639-1939