Hindrik van der Kaap

Hindrik van der Kaap, zoon van Karst van der Kaap, geboren te Zevenhuizen op 10 mei 1840, overleden te Tolbert op 27 september 1913. Getrouwd te Leek op 20 juli 1867 met Jantje Alberts, geboren te Leek op 10 juni 1844, overleden te Terheijl op 24 juni 1909, dochter van Geert Alberts en Aaltje Alberts.  Uit dit huwelijk:

Hindrik en Jantje van der Kaap woonden in Niebert, waar hun kinderen geboren werden. Later verhuisden ze naar Terheyl waar ze een kruidenierswinkeltje hadden en één koe. Sinds 22-11-1897 woonde zij aan de Schapenweg 8 (T219/T248). Volgens een oud verhaal woonden zijn daar naast Dina Fey (Fij), bijgenaamd Dina Botter. Maar deze Dina of Diene Fij woonde volgens "Zij maakten Nietap-Terheijl" aan de J.P Santeeweg 19 in Nietap, een aantal kilometer verderop. Hindrik haalde de kruidenierswaren met een juk waaraan twee grote manden hingen, van Tienkamp uit Leek (volgens hetzelfde boek was deze Tienkamp klompenmaker). Nadat alles in kleinere proties verdeeld was, ventte hij het uit met de kruiwagen. Hindrik vertrok op 28-06-1913 naar Tolbert.
Hindrik had geen lager onderwijs genoten, hij tekende met een kruisje. Hij had een lang gezicht met een hoog voorhoofd, blauwe ogen, een grote neus en blonde wenkbrauwen. Hij had blond haar en droeg een rossige (bruine) baard. Hij was niet lang (161-166 cm.). Op 16-09-1873 werd hij door de arrondisementsrechtbank in Groningen veroordeeld tot 42 dagen eenzame opsluiting, ingaande 8-10-1873, wegens mishandeling. Begin 1874 (hij woont dan in Niebert) wordt hij nogmaals veroordeeld wegens mishandeling. Hij krijgt nu een boete van 8 gulden en een dag eenzame opsluiting. Zijn gedrag in de gevangenis wordt goed genoemd.

Bron: Doedens, Zij maakten Nietap-Terheijl.

Jantje Alberts, de echtgenote van Hindrik werd Jantje 'Pruus' genoemd. Zij was een donker wijffie met krullend haar. Ze ging ooit eens ergens lopend heen, had zich mooi opgedoft en voelde zich een heel dametje. Ze praatte hardop tegen zichzelf: "Oh, wat is Jantje pruus", pruis, groot, flink, ze was groots op zichzelf. Een stel slootgravers, die net tegen de kant van een droge sloot lagen te schaften, hoorden dat en sindsdien noemde men haar Jantje 'Pruus.'

Bron: Johannes van der Ley (kleinzoon van Hindrik).

 

Kwartierstaat Jantje Alberts

Jacob Alberts

1779-1848

Marijke Berends Casemier

1789-1861

Sietse Alberts Sintniklaas

1792-1869

Jantje Harms Nienoort

1797-

getrouwd op getrouwd in februari 1818
Geert Alberts

1820-1853

Aaltje Alberts

1819-1856

getrouwd op 05-09-1841
Jantje Alberts

1844-1909