James Goldgeier – Joshua R. Itzkowitz Shifrinson e.a.,
Evaluating NATO Enlargment. From Cold War Victory to the
Russia-Ukraine War. Uitgeverij Palgrave Macmillan / Springer
Nature, Heidelberg, april 2023. XVII + 645 p., kaart, tabellen,
literatuur, register. Hardback, 21 x 15 x 4 cm. ISBN
978-3-031-23363-0; € 99,99.
Evaluating NATO Enlargement. From Cold War Victory tot the Russia-Ukraine War
De ca. 20 redacteurs van deze stevige bundel maakten in 2019/2020 een studie over de uitbreiding van de NAVO sinds 1990 en ze beschouwden die als de voornaamste oorzaak van de slechtere relaties tussen de VSA en Rusland. Na de Russische inval namen ze ook de Russische en Chinese visies erin op.
Inhoud
Evaluating NATO Enlargement. From Cold War Victory tot the Russia-Ukraine War
Diverse
aspecten komen aan bod zoals het uiteenvallen van de SU en van
het Warschaupact, het Partnership for Peace, de impact op de
NAVO zelf, op de nieuwe lidstaten, op de Europese veiligheid, op
Rusland en zijn relaties met het Westen en met China.
De auteurs stellen dat de NAVO behouden bleef omdat de Britten/
Thatcher en de Fransen / Mitterrand Duitsland onder controle
wilden houden(p. 53-54). Uitbreiding in Oost-Europa zou
Duitsland en Rusland verhinderen om dat vacuüm op te vullen na
de ontbinding van het Warschaupact (p. 65). Vanaf 1990 waren er
ook landen zoals Bulgarije die zelf vroegen om lid te mogen
worden.
De uitbreiding zou ook gunstig zijn voor de versterking van de
democratie en de groei van de vrije markt, twee doelen van de
VSA. Het kostte hen wel een pak geld.
Het interessantste artikel is dat van Vladislav Zubok (p.
145-159). Hij uit kritiek op de absurde uitspraak van Poetin dat
nazi’s aan de macht zijn in Oekraïne, dat zij de Russen in de
Donbas onderdrukken en dat de VSA die nazi’s gebruiken tegen
Rusland. Tegelijk zegt hij dat het Westen zich niet gehouden
heeft aan de beloftes van 1990-1991.
In 1990 had James Baker aan Gorbatsjov beloofd dat de NAVO na de
Duitse Eenmaking en de toetreding van de DDR ‘not any inch
eastwards’ zou gaan. Van hem mocht Rusland lid worden, als het
de nodige politieke en institutionele veranderingen zou
doorvoeren.
Mary Sarotte zegt dat dit engagement slechts korte tijd bestond,
dat het Westen de Russen niet wou bedriegen, zoals Poetin
beweert, maar dat ze Gorbatsjov wilden steunen, dat ze de deur
openhielden voor nieuwe leden en dat de Russen dat wisten.
In 1991 verzekerde de Britse premier John Major de Russen dat de
Tsjechen, Hongaren en Polen nooit lid zouden worden. Maar
volgens Sarotte wisten ook de Russen toen al dat de Amerikanen
de deur open lieten voor nieuwe leden (p. 146-147). Jeltsin en
Poetin vroegen ook het lidmaatschap aan in resp. 1991-1992 /
2000, maar Rusland mocht geen inspraak krijgen in de Europese
veiligheid. Jeltsin wou zijn land lid maken van het ‘Europees
concert’, maar eindigde ontgoocheld en gefrustreerd(p. 149 en
176-177). Gorbatsjov zei in 1993 dat de uitbreiding een
schending was van de gesprekken van 1990 (p. 263).En in 1994
waarschuwde Jeltsin dat de uitbreiding een nieuwe kloof in
Europa zou veroorzaken, het Russische nationalisme zou
versterken en de Russische vitale belangen in gevaar zou
brengen. En in 1995 noemde hij het een vernedering van Rusland.
Hij wilde dat Oost-Europa een grijze zone of neutrale gordel zou
blijven. Washington had geen vertrouwen in alternatieve Europese
veiligheidsstructuren want de Europese landen hadden hun legers
gehalveerd, het ging hier dus niet op in en beloofde Rusland
enkel het lidmaatschap van de Wereldhandelsorganisatie en van de
G7 (p. 265 + 440).
Clinton begon in 1994/95 met Polen, Tsjechië en Hongarije uit te
nodigen. Jeltsin vroeg uitstel tot na zijn herverkiezing in
1996. Ze werden lid in 1999.
Clinton luisterde niet naar Ruslandkenner George Kennan, die in
1997 stelde dat de uitbreiding de meest fatale vergissing van de
VSA zou zijn in het tijdperk van na de Koude Oorlog: als de NAVO
de grenzen van Rusland zou bereiken, zou er een conflict
uitbreken (p. 147 en 209). Hij kreeg gelijk in 2022.
In 1997 tekende Jevgeni Primakov, minister van buitenlandse
zaken, een overeenkomst tussen de NAVO en Rusland: ze beloofden
onderling overleg en de NAVO beloofde geen nucleaire wapens te
plaatsen in de nieuwe lidstaten.
Maar in 1999 was Jeltsin razend toen de NAVO Servië bombardeerde
om een genocide in Kosovo te voorkomen. Ook Gorbatsjov keurde
dit bombardement op een bondgenoot af. Het was een negatief
keerpunt in de relaties. Primakov was onder weg naar Washington,
maar liet het vliegtuig terugkeren.
Ook China was boos wegens het bombardement op hun ambassade in
Belgrado in mei 1999.
In 2004 kwamen er nog 7 nieuwe leden bij. Kaliningrad werd nu
afgesloten van Rusland.
Poetin werd pas echt boos in 2007 / 2008, toen Bush ook Georgië
en Oekraïne wou toelaten. Frankrijk en Duitsland waren tegen dat
lidmaatschap. Poetin begon toen met de herbewapening van
Kaliningrad, zei dat het Westen zich niet gehouden had aan de
beloftes van 1990/91 en dat Oekraïne het bij een toetreding
moest stellen zonder de Krim en zonder de oostelijke regio’s (p.
182).Hij vond dat de Russische vloot zou ingesloten worden door
combinatie van Bulgarije, Roemenië, Oekraïne, Turkije en Georgië
rond de Zwarte Zee. Bovendien konden de kleurenrevoluties in
Georgië (2003) en Oekraïne (2004) ook zijn land besmetten en tot
straatprotesten tegen zijn regime leiden. Hij viel binnen in
Georgië (2008), annexeerde de Krim in 2014 en steunde de
separatisten in de Donbas.
In 2021 was de NAVO bereid om Oekraïne toch toe te laten.
Dat veroorzaakte de invasie niet, maar gaf er een geschikte
rechtvaardiging voor. De oorlog leidde op zijn beurt tot de
toetreding van Finland en Zweden. In 1949 telde de alliantie 12
leden, in 2023 zullen het er 32 zijn.
De actievere rol van de NAVO in Oost-Azië veroorzaakt ook
spanningen met China, samen met de Amerikaanse pogingen om de
Chinese technologische opmars te stoppen.
John Mearsheimer, Stephen Walt en Steven Cohen beweren dat
Poetin Georgië, de Krim en Oekraïne binnenviel wegens de
uitbreiding van de NAVO en wapenleveringen aan Oekraïense
‘nationalisten en neo-nazi’s’. Kimberley Marten stelt dan weer
dat die uitbreiding negatieve impact had, maar geen militaire
bedreiging vormde voor Rusland. Zowel Jeltsin als Poetin hadden
in resp. 1993 en 2002 gezegd dat ze niet tegen de uitbreiding
waren. Volgens het Levada Centrum vond slechts 11 à 19% van de
bevolking de NAVO een vijand. De VSA daarentegen werden door
veel meer Russen als vijand gezien (p. 235-236).
Rusland was volgens haar vooral geprikkeld door het verlies van
zijn status en doordat Amerika besliste zonder hen te
raadplegen. En dat het de nieuwe staten het recht weigerde om
zelf te beslissen: het bleef ze beschouwen als zijn
invloedssfeer(p. 210-231).
Toen Rusland in 2014 de Krim annexeerde, heeft Oekraïne niets
ondernomen om het schiereiland terug te winnen. Dat was ook
moeilijk: Oekraïne besteedde tot 2021 slechts 3 miljard aan
bewapening, Rusland 62 miljard $(p. 238).
In 2022 mochten Australië, Nieuw-Zeeland, Japan en Zuid-Korea de
NAVO-top in Madrid bijwonen en werden ze partners. China was
boos en zei dat de NAVO zijn confrontatie met China moest
stoppen(p. 291).
Een andere medewerker, Alexander Lanoszka, spreekt Mearsheimer
en co tegen en beweert dat niet de uitbreiding de oorzaak was
van de inval, maar wel het Russische expansionisme en de
oorlogstaal van het Kremlin (p. 310-316). Ook na de uitbreiding
was er nog veel samenwerking tussen Europa en Rusland: tussen
2010 en 2019 werden nog 12 pijplijnen aangelegd om gas naar
Europa te brengen (p. 341-371).
De uitbreiding en de aanpassing van de commandostructuren kostte
de NAVO veel geld: de 1.115 miljard $ van 1999 werden er 2.974
in 2022 of 2,6 x zoveel.
In december 2021 eiste Poetin garanties dat Oekraïne nooit lid
zou worden en in 2022 viel hij dan aan met de bedoeling om Kiev
in 4 dagen in te nemen, de politieke leiders uit te moorden en
een Moskougezind regime te installeren (p. 373-374). In 2008 en
2014 had het Westen niet krachtig gereageerd en gaf het Poetin
de indruk dat de alliantie zwak en verdeeld was en nu ook niet
zou optreden(p. 394-396). Zelenski noemde de inval een oorlog
tegen Europa, tegen de democratie en de mensenrechten. Een
onafhankelijke, democratische staat zou een bedreiging zijn voor
het autoritaire regime van Poetin, die nu de Russische beloften
in het Boedapest-memorandum van 1994 verwierp.
Bovendien wou Poetin de geschiedenisboeken halen door de
Oekraïners te verslaan zoals Peter de Grote in 1709, met wie hij
zich in 2022 vergeleek (p. 397).
Het laatste hoofdstuk gaat over de nieuwe leden Finland en
Zweden, waarvan Finland het best voorbereid is op een eventuele
inval van zijn buurland. Staatssecretaris James Baker komt nog
eens aan het woord: ’We hadden meer kunnen doen om met Rusland
een echt partnerschap te sluiten. Maar geen van onze
nalatigheden rechtvaardigt deze oorlog van Poetin tegen zijn
buurland’ (p. 526-527). Hij preciseert niet wat ze hadden moeten
doen.
Beoordeling
Dit is een degelijk, maar geen gemakkelijk boek. De auteurs zijn
het niet allemaal eens met elkaar.
Een aantal uitspraken komen bij meerdere auteurs terug, o.a. de
wijze woorden van Kennan dat de uitbreiding de meest fatale
vergissing was van de Amerikaanse politiek in de periode na de
Koude Oorlog (p. 147 en 258 en 391). Er staan enkele leerrijke
tabellen in, o.a. de vergelijking van het Russische BNP met het
Duitse e.a. Het e-mailadres van elke medewerker staat bij zijn
of haar artikel: de lezer kan dus met hen in discussie gaan. Na
elk hoofdstuk volgen een massa verwijzingen naar
wetenschappelijke artikelen en boeken en op het einde volgen nog
eens 75 pagina’s met referenties, in keurige alfabetische
volgorde (p. 563-638). Er is ook een register.
De kaart met de leden van de NAVO(p. 357) is primitief: de namen
van de landen staan er niet bij en ook niet de jaartallen waarin
ze lid werden. Een chronologische tabel van de jaren 1990- 2022
ontbreekt. Het boek heeft wel een stevige kaft.
©Jef Abbeel, Turnhout, april -mei 2023