Theo L.R. Lansloot. Uitzonderlijk diplomatenleven. De
Boekenmaker. 978 90 828 0445 4. ****. 192. € 25 + port.
Uitzonderlijk diplomatenleven
Deze memoires werden door de familie uitgegeven kort na het overlijden van de auteur (1931-2020). De volgorde is keurig chronologisch, vanaf zijn jeugd tot zijn laatste werkdag. Hij legt ook uit welke belangrijke rol zijn vrouw speelde in zijn carrière en welke taken een diplomaat heeft.
Inhoud
Uitzonderlijk diplomatenleven
Jef Abbeel
In
de diplomatie overheerste het Frans: in 1951 waren er 269
Franstalige diplomaten tegenover 49 Nederlandstalige en hoe
hoger in rang, hoe minder Vlamingen. Er waren toen dus nul
Vlaamse ambassadeurs. En de verslagen naar de minister van
Buitenlandse Zaken moesten in het Frans opgesteld zijn, zeker
tijdens Spaak.
In 1966 bracht Hendrik Fayat hier verandering in: het werd
stapsgewijs 50/50, nooit 60/40. Lansloot was een ‘Fayat-boy’,
destijds een spotnaam voor de nieuwe Vlaamse diplomaten. Lange
tijd moesten kandidaat-diplomaten een moeilijk examen afleggen.
Karel De Gucht veranderde dat helaas, zodat politici hun
mannetjes konden benoemen zonder examen.
De eerste post van Lansloot was Teheran. Daar was in 1967 geen
enkele vrouw gesluierd. De revolutie tegen de sjah in 1979 werd
ook gesteund door president Carter. Hij werd beloond met de
gijzeling van de 63 Amerikaanse diplomaten: pas na 444 dagen
kwamen ze vrij in 1981.
Na Iran volgde Washington en dan Cairo (1972-73). Daar kwamen ze
in een gebouw terecht dat na de moord op Lumumba in 1961
verwoest was. De beschrijving van het gedrag van Egyptische
mannen tegenover zijn dochter en zijn vrouw is de moeite om te
lezen. Akeliger is het verhaal over de gijzeling van en de moord
op twee Amerikaanse en één Belgische diplomaat in Khartoem
(Soedan) door Zwarte September, een Palestijnse terreurgroep.
Lansloot mocht er gaan bemiddelen en nadien werd hij daar
ambassadeur. Zijn zoon en dochter studeerden ondertussen aan het
UWC, United World College of the Atlantic in Wales, waar ook
Willem-Alexander en prinses Elisabeth studeerden.
De volgende post was Centraal-Amerika (1977-1982): Guatemala, El
Salvador, Honduras, drie gevaarlijke landen. In El Salvador
maakte hij kennis met Mgr. Romero, die in 1980 vermoord werd.
Drie missionarissen van Scheut werden er in 1980/81/82 ook
vermoord: Walter Voordeckers, Ward Capiau, Serge Berten. De
daders gingen vrijuit tot 2023.
Daarna mocht hij naar de VN in New York. Daarvan zegt hij
terecht dat ze nog geen enkele ernstige kwestie heeft opgelost.
Als voorbeelden geeft hij de opdeling van Palestina in twee
staten, de Verklaring van de Rechten van de Mens: de
islamitische landen hanteren hun eigen sharia-verklaring van
Cairo 1993 en het migratiepact van Marrakesh.
Van 1986 tot 1988 was hij adviseur van premier Martens. Hij
vertelt over de vete tussen Martens en Tindemans en over de
huwelijken van Martens en Kohl. Hij citeert professor Paul
Collier: de Brexit is een gevolg van het noodlottig
immigratiebeleid van Merkel (p. 124-125). Lansloot had goede
contacten met de koningen Boudewijn, Albert en Filip. Dat belet
hem niet de kostprijs van de monarchie te vermelden: ‘36 miljoen
in 2019, los van de vliegreisjes van Mathilde’.
Tussen 1988 en 1990 verbleef hij in de DDR. Hij zag hoe het land
goed functioneerde voor de elite, maar niet voor de rest van de
bevolking, hoe iedereen overal afgeluisterd werd, ook hij, hoe
de Muur ontstaan was zonder Westers protest, hoe het eindigde
met het land en met Honecker (p. 151-157).
Van 1991 tot 1994 was hij ambassadeur bij de OESO in Parijs, van
1994 tot 1996 bij de Raad van Europa in Straatsburg. Op 1
december 1996 eindigde zijn diplomatieke loopbaan.
Op het einde vernemen we waarom zijn loopbaan ongewoon was. Eén
factor was: de gevaarlijke landen (Soedan en Midden-Amerika) of
10 jaar leven met lijfwachten om je heen. Een andere was dat
zijn kinderen al op 15-16 jaar het huis uitgingen omdat
Engelstalige diploma’s niet erkend werden in België. Raar is dan
wel dat ze naar het Engelstalige UWC gingen (p. 182). Blijkbaar
werd dat diploma wel erkend door de KULeuven.
Een derde is zijn inzet voor de vernederlandsing van de
diplomatie, die voorheen vooral Franstalig was. Hij betreurt dat
zowel in Nederland als in Vlaanderen weinig gedaan wordt om het
aanzien van het Nederlands overeind te houden en dat het
Amerikaans Engels overal de bovenhand krijgt.
Beoordeling
Dit boek leest heel aangenaam en is goed verstaanbaar voor een
ruim publiek. Het geeft een goed beeld van het leven van een
diplomaat die zijn taak ernstig opnam en ook zijn gezin
belangrijk vond.
We krijgen ook geschiedkundige, politieke, economische en
maatschappelijke informatie over de landen en de instellingen
waar hij mocht werken. En hij uit kritische bedenkingen over het
gedrag van een aantal Belgische en buitenlandse politici,
diplomaten en militairen, vaak zaken die niet in de kranten
stonden. Hij beweert ook dat de Congolese arbeiders in de
kobaltmijnen gegeseld worden door de Chinese exploitanten en dat
niemand daar iets op zegt (p. 123). Eén detail: op p. 109 zegt
hij dat China sinds 1949 in de Veiligheidsraad zit, maar van
1946 tot 1971 was dat Taiwan.
Een boeiend boek!
©
Jef Abbeel, Turnhout, februari 2023
www.jefabbeel.be