|
In dit schilderij verwijst Brueghel heel duidelijk naar Ovidus. Ga
met de muis over het schilderij.
Dit schilderij en een latere
versie, verschillen op een aantal, zeer
belangrijke, punten van elkaar. Op het oudste schilderij komt Daedalus niet voor. Op dat schilderij is ook een
ondergaande zon te zien, terwijl in de versie op hout de zon in
het zenith staat. De vraag is of het schilderij op doek niet is
overgeschilderd. Volgens Gibson is het schilderij misschien
wel meermalen overschilderd (Walter Gibson. Bruegel.
Oxford: Oxford University Press, 1977, vooral 38-40, pl.16-7). Onlogisch zou
dat niet zijn, want, zoals iemand opmerkte, Icarus heeft er
anders wel
erg lang over gedaan om uit de lucht te vallen als de zon nu
bezig is onder te gaan. Het lijkt immers voor de hand te liggen
dat de was in de vleugels van Icarus begon te smelten toen de
zon op z'n hoogste punt stond.
Iemand die met een bevende hengel vissen
probeerde te vangen (een
visser), een herder die leunde op zijn stok en een boer die
steunde op een ploeg zagen hen, ze waren stomverbaasd en ze dachten
dat het goden waren omdat ze konden vliegen.
Van op een eikentak zag Perdix hem toen hij het betreurde lichaam van zijn
zoon in een graf legde. Perdix was een snatervogel die in het moeras leefde en
hij getuigde van zijn vreugde in een lied: Hij was toen een unieke vogel, in
vroegere jaren niet gezien, nog maar onlangs een vogel geworden en voor jou,
Daedalus, een langdurig schuldbewijs.
Bron: Ovidius Metamorphosen 8.183-235 |
|