Community Geschiedenis                                                                Histoforum

    recensies

                                   home

 

Nijmegen. Geschiedenis van de oudste stad van Nederland, W.Willems, Jan Kuys, Hans Bots, Paul Klep, Jan Brabers e.a. (red.)

Eindelijk heeft Nijmegen nu ook zijn stadsgeschiedenis, in navolging van veel andere grotere en kleinere steden in Nederland: Amsterdam, Dordrecht, Zwolle, Tilburg, Den Bosch, ga zo maar door. Geďnteresseerden hoeven dus niet meer naar verouderde werken te grijpen zoals het handzame boekje van J.Brinkhoff uit 1971. Niet toevallig is het kloeke driedelige standaardwerk met de snoeverige ondertitel Nijmegen. Geschiedenis van de oudste stad van Nederland uitgebracht in het jubeljaar 2008, toen Nijmegen besloot dat het luisterrijk zijn tweeduizendste verjaardag moest vieren. Net als andere stads- en streekgeschiedenissen vormt deze integrale Nijmeegse stadshistorie een synthese, een status quaestionis van wat door diverse auteurs in de laatste decennia is gepubliceerd. Nieuw onderzoek was slechts beperkt mogelijk. Alle drie de delen zijn aan de hand van een vast stramien opgezet: ruimte en bevolking; het economische en sociale leven; de cultuur; politiek en bestuur. De kunst was om thema’s uit het ene gebied te verbinden met die uit het andere. Een heidens karwei voor de eindredactie; in het algemeen is zij daarin geslaagd.

Deel I gaat vrijwel helemaal over het rijke Romeinse leven in Nijmegen en naaste omgeving. De natuurlijke gesteldheid - de hoge stuwwal met wijd uitzicht op de Betuwe en een brede bocht in de rivier de Waal - bestemde de locatie al vroeg tot vestigingsplaats, waarvoor de Romeinen een scherp oog hadden. De geschiedenis van Nijmegen in de Oudheid valt bijna samen met de lotgevallen van de Romeinen in Nederland in het algemeen; een fors garnizoen, de Bataafse opstand, de ontmoeting van religies, diverse kostbare archeologische vondsten, bekende schatten, bekend van Museum Het Valkhof. Ondanks de kennelijke moeite die de redacteuren zich hebben getroost om van de deskundige bijdragen van de auteurs vlot leesbare teksten te maken, vervalt de tekst van deel I nogal eens in al te specialistische vaktaal. Gelukkig maken de kleurenillustraties van kunstvoorwerpen en digitale reconstructies deze episode toch zeer aanschouwelijk.

Na de Oudheid raakte de stad in verval. Deel II beschrijft hoe Nijmegen na de duistere vroege Middeleeuwen toch weer opkrabbelde. Karel de Grote en Frederik Barbarossa bestemden het de plaats tot residentie; vele malen kreeg Nijmegen vorstelijke logés. Barbarossa liet in 1155 de imposante Valkhofburcht oprichten. Over de afbraak daarvan in 1796 kunnen de tegenwoordige stadsgidsen zich nog altijd opwinden (een vuile streek die het gewestelijk bestuur in aartsrivaal Arnhem de Nijmegenaren leverde: van de stenen werden de kosten van de Franse bezetting betaald). Nijmegen groeide in de veertiende eeuw uit tot grootste stad van het hertogdom Gelre. De typische halfronde stadsplattegrond, de Sint Stevenskerk en de omwalling dateren uit de late Middeleeuwen. De stad onderhield ook intensieve contacten met het Duitse achterland. De verovering door Karel V van Gelre (1543) betekende een stapje terug in macht en invloed. Ook voor dit deel geldt: stadsgeschiedenis is tevens nationale geschiedenis. De Reformatie, de spanning tussen remonstranten en contraremonstranten, diverse invallen van het Franse leger, activiteit van patriotten, enzovoort. De vaardig geschreven teksten van met name Paul Klep (economie Nieuwe Tijd) en Jac. Geurts (bestuur Nieuwe tijd) zijn bepaald verhelderend.

Klep tekent overigens ook voor de economische hoofdstukken van deel III. In dit laatste deel valt de nadruk sterk op de uitbreidingen vanaf de slechting van de stadswallen in 1874. Het inwoneraantal steeg daarna gestaag, om rond de 150.000 te blijven zweven. Ook in dit deel wordt de stadsgeschiedenis prima ingebed in een nationaal kader. De industrialisatie, de levensomstandigheden van de arbeiders, de aanleg van nieuwe woonwijken en stadsparken, het steeds drukkere verkeer, de multiculturele samenleving. Maar ook typisch Nijmeegse aspecten zoals de Vierdaagse, de Katholieke Universiteit en het linkse actiewezen van de jaren zeventig en tachtig komen aan bod.

Merkwaardige omissie: ik zocht naar de effecten van het vergissingbombardement van februari 1944 (liefst achthonderd doden) en las slechts een korte vermelding op p. 430 van deel III; na enig zoeken bleek het drama ook nog eens vrij terloops op p. 487 (onder cultuur) en op p. 541 aangestipt te worden. Kennelijk kon men van de gegevens uit het aangrijpende relaas van Bart Janssen (De pijn die blijft, 2008) geen gebruik meer maken. In mijn Nijmeegse studentenjaren rond 1970 was de benedenstad nog steeds grotendeels een kale vlakte. Over de oorzaak van die kaalslag viel destijds niet veel te lezen. In dit boek helaas ook te weinig.

De trilogie is gericht op een breed publiek. Voor geschiedenisdocenten in en om Nijmegen lijkt me deze pil welhaast verplichte leeskost. En naar ik aanneem ook aanleiding tot de nodige historische speurtochten. Ook overige geďnteresseerden die iets hebben met geschiedenis of met de Karelstad, kunnen er genoeglijke uurtjes aan beleven.  

Jan van Oudheusden 

W.Willems, Jan Kuys, Hans Bots, Paul Klep, Jan Brabers e.a. (red.), Nijmegen. Geschiedenis van de oudste stad van Nederland (uitg. Inmerc, Wormer 2008), Drie delen: I. Prehistorie en Oudheid, II: Middeleeuwen en Nieuwe Tijd, III: Negentiende en twintigste eeuw. 1500 blz., prijs 85,-.

     
 

Met onderstaande zoekmachine kunt u zowel zoeken op het www als binnen deze site en Histoforum

Google
Search WWW Search histoforum.digischool.nl

     
 

© Albert van der Kaap, Enschede
1998-2008.

kaap@home.nl