home

digitale didactiek

lesmateriaal

ict en geschiedenis

contact


Vrouwen in de prehistorie

 

 

 

 

 

Lees onderstaande bronnen over werken in de prehistorie en beantwoord vervolgens de vragen.

Bron 1

Gewoonlijk was het een van de taken van de vrouwen van de jagers was om de tenten - die meestal uit lichte takken en vellen bestonden - te bouwen. En daarom hadden zij ook recht op bezit: de vrouwen zijn de bezitters van de tent en de baas in huis [...] Toen de mensen aan landbouw gingen doe verslechterde de positie van de vrouw. Er waren meer en sterkere contacten tussen de leden van de verschillende groepen en de bewegingsvrijheid van de vrouwen werd minder.

Müller, K.E. (1984). Die bessere und die schlechtere Hälfte. Ethnologie des Geschlechterkonflikts. Frankurt, blz. 165 en 209

Bron 2

Door de komst van de landbouw en veelteelt werden de vrouwen bevrijd van de verplichting om voedsel te verzamelen. Deze bezigheid was steeds gevaarlijker geworden doordat zij steeds verder van het kamp moest gaan. Ook was het dragen van de zware last een belasting voor de vrouwen. De vrouwen moesten bovendien, in verband met het zogen, hun kinderen met zich meedragen. [...]. De neolitische (agrarische) revolutie maakte in de eerste plaats het leven er voor de vrouwen gemakkelijker op. [...] Zij krijgen ook steeds meer rechten voor zichzelf en kunnen zich steeds meer aan de kinderen wijden.

Müller-Beck, H.-J. (1998). Die Steinzeit. Der Weg des Menschen in die Geschichte, München, blz. 102

Bron 3

Het werk dat dagelijks verricht moest worden was zeer toegenomen, omdat akkerbouw en veeteelt veel meer tijd kostten dan verzamelen, jagen en vissen. [...] In de landbouw kwamen er allerlei nieuwe werkzaamheden bij. [...] Bijvoorbeeld het maken van nieuw ontwikkelde werktuigen en apparaten, maar ook het weven van stoffen uit draden van planten. Ook de tijd die moest worden besteed aan het bouwen en instandhouden van huizen moet niet worden onderschat. Arbeidsintensief en nieuw was ook het bijhouden van de voorraad. [...]
De toegenomen hoeveelheid werk en de arbeidsdeling had ook gevolgen voor de verhouding tussen mannen en vrouwen, omdat er opnieuw moest woren onderhandeld over welke taken door mannen en welke door vrouwen gedaan zouden moeten worden. [...] Onderzoek aan beenderen toont aan dat vrouwen buitengewoon hard en zwaar moesten werken.

Röder, B. (1998). Jungsteinzeit - Frauenzeit?, in Aufferman, B., Weniger, G.CH (Hg), Frauen Zeiten Spuren. Mettmann, blz. 244 en 261 e.v.

Bron 4

Ten eerste waren mannen helemaal niet de heroïsche jagers voor wie zij vaak werden gehouden. Waarschijnlijk is er nooit systematisch op mammoeten gejaagd, aldus de auteurs. De oerman doodde vooral oude en zieke mammoeten, dieren die al half in het moeras waren weggezakt of anderszins in moeilijkheden waren geraakt. Voor de voedselvoorziening was de jacht op hazen, vossen en andere kleine dieren – vaak met behulp van netten en valstrikken – waarschijnlijk veel belangrijker. Met andere woorden: de oerman gebruikte zijn speer niet om een levensgevaarlijke sabeltandtijger te vellen, maar om een verstrikte haas uit zijn lijden te verlossen.

Ten tweede speelden vrouwen een actieve rol in de prehistorische economie, waarin de kern werd gevormd door nomadische groepjes van dertig tot veertig mensen. Vrouwen verzamelden niet alleen noten, bessen en ander plantaardig voedsel, ze maakten ook kleding, manden en andere gebruiksvoorwerpen. Daarnaast deden ze mee aan de jacht op kleine dieren en aan de visvangst.

Zwart-witbeeld
‘Natuurlijk waren er ook toen biologische verschillen. Mannen jaagden meer op groot wild, vrouwen speelden een belangrijker rol bij het grootbrengen van kinderen. Dat ontkennen wij ook niet. Wij verzetten ons alleen tegen het traditionele zwart-witbeeld van mannen en vrouwen in de oertijd’, zegt Jim Adovasio, hoogleraar archeologie aan het Amerikaanse Mercyhurst College, telefonisch vanaf een archeologische opgraving in Texas.

Maar (Adovasio)  ik geloof wel dat de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen groter werd naarmate de samenleving complexer werd. Rond drieduizend voor Christus zie je bijvoorbeeld fabriekjes ontstaan die door mannen werden bestierd. Mannen bouwden economische macht op, terwijl vrouwen achterbleven.

‘In de prehistorie was de gelijkheid tussen mannen en vrouwen groter, denk ik. Ze moesten samenwerken om te overleven in een harde wereld. In zo’n situatie is het economische zelfmoord om het potentieel van vrouwen niet te gebruiken.’

Gegevens ontleend aan: Adovasio, J.M., Soffer, O. en Page, J. (2008). De Onzichtbare vrouw – De rol van mannen en vrouwen in de prehistorie, uitgeverij Artemis, in: Giesen, P. De oervrouw was een vent.

Hoofdvraag

Hadden vrouwen die in de prehistorie verzamelaars waren het gemakkelijker dan vrouwen die boeren waren?

Deelopdrachten

1. Geef voor elke bron weer hoe de schrijver over deze vraag denkt

2. Probeer een verklaring te bedenken waarom de bronnen verschillend over deze vraag denken

Extra vraag

Kun je op basis van deze bronnen de vraag ook beantwoorden voor de mannen? 

 

Copyright © 2009 Albert van der Kaap