|
Robert Owen en
New Lanark
In het
begin van de negentiende eeuw kocht een zekere
Robert Owen een paar fabrieken in het afgelegen
Schotse dorpje New Lanark. Hij maakte van deze
fabrieken iets bijzonders. Zozeer bijzonder zelfs
dat een stroom van bezoekers over de heuvelachtige
weg vanuit Glasgow naar New Lanark reisde.
In tien jaar tijd (1815-1825) werden er 20.000 namen
in het gastenboek van New Lanark geschreven en
daaronder waren de namen van Groothertog Nicolaas,
de latere tsaar Nicolaas I van Rusland, de prinsen
Johan en Maximiliaan van Oostenrijk en een waar
leger van schrjvers, hervormers, afgevaardigden van
gemeenteraden, sentimentele dames en sceptische
zakenlieden.
Opdrachten
-
Waarom
kwamen al deze mensen naar New Lanark? Beschrijf
zo nauwkeurig mogelijk wat het bijzondere van
New Lanark en de werkwijze van Owen was.
-
Wat waren
de motieven van Robert Owen?
Maak voor het
uitwerken van bovenstaande opdrachten gebruik van
onderstaande bronnen en van hieronder genoemde
internet sites. Andere
sites over de Industriële Revolutie kun je
hier vinden.
Bron 1
In de tijd dat
Owen het management van New Lanark overnam werd al
schande gesproken van de levensomstandigheden van de
nieuwe arbeidersklasse. Owen had zich voorgenomen te
bewijzen dat dit niet het onvermijdelijke gevolg
hoefde te zijn van industrialisering of winstbejag.
Wat dat betreft verschilde hij niet van andere
filantropische industriëlen. Maar Owen ging een
stapje verder: zijn programma in Lanark was niet
alleen gebaseerd op filantropie, efficiëntie of op
plichtsbesef jegens de werknemers, maar op zijn
overtuiging dat 'het menselijk karakter niet gevormd
wordt door, maar voor de mens'. Het kwam erop neer
dat hij dacht het karakter van mensen te kunnen
veranderen door wijziging van hun
levensomstandigheden. 'Het einddoel van de
karaktervorming is het geluk', zo geloofde hij,
'want het streven naar geluk zal de enige godsdienst
van de mens zijn'.
Ian Tod en
Michael Wheeler, Utopia, wereldhervormers tussen
werkelijkheid en fantasie, 1979
[naar boven]
Bron 2
Owens
doelstellingen
Ik zag dat de
arme arbeidersbevolking leefde in ellendige
omstandigheden. Als er niets zou veranderen, zouden
zij het steeds slechter krijgen en dat zou tot
geweld en sociale onrust kunnen leiden. Als wij dat
niet wilden laten gebeuren, zouden er veranderingen
in hun levensomstandigheden en de manier waarop zij
werden behandeld, moeten komen.
Robert Owen, A
New View of Society, 1817
[naar boven]
Bron 3
Al snel merkte ik
dat de kinderen in hun lichaamsgroei en hun
verstandelijke ontwikkeling geremd werden door al zo
jong elf en een half uur per dag te werken. Zij
zagen er wel goed gevoed en gekleed uit en hadden
goed onderdak. Een oppervlakkige waarnemer zou
zeggen dat zij gezond waren. Maar hun ledematen
waren meestal vergroeid en hun lichaamsgroei was
achtergebleven. Hoewel er één van de beste
onderwijzers was aangetrokken om deze kinderen 's
avonds les te geven, maakten zij maar kleine
vorderingen, zelfs in het leren van het alfabet.
Robert Owen, 1816
[naar boven]
Bron 4
De fabriek in New
Lanark maakte, evenals de gehele gloednieuwe
machinale katoespinnerij, goede winsten. De jonge
Owen werd hier de nieuwe heerser; zijn winstzucht en
die zijner mede-eigenaars zouden voortaan de
bestaansreden van het dorp zijn. Zo verrichte hij
een klein wonder. Het bedrijf bleef winst afwerpen,
maar niet genoeg naar de zin van de compagnons.
Rijke weldoeners namen toen de fabriek over en
stelden Owen in staat verder te werken, mits zij
maar 5% per jaar van hun kapitaal zouden krijgen.
Th. Van Tijn, Het
socialisme in de 19e eeuw, 1977
[naar boven]
Bron 5
Boven elke
werkman hing een kleine houten kubus, waarvan de
zijden in verschillende kleuren geschilderd waren:
zwart, blauw, geel en wit. Die kleuren gaven de
verschillende graden van gedrag aan: zwart was
slecht, blauw matig, geel goed en wit uitnemend. Met
één blik kon de bedrijfsleider op die manier zien,
hoe zijn arbeidsleger er voor stond. De meeste
blokjes hingen op wit of geel…. Iedereen had het
recht het boek, waarin ieders gedragingen gedurende
de dag aangegeven waren (eveneens in kleuren), in te
zien en had het recht te protesteren als hij meende
onrechtvaardig beoordeeld te zijn.
Robert L.
Heilbronner, de filosofen van het dagelijks brood,
115
[naar boven]
Bron 6
Mr. Owen stuurde
een bediende naar onze herberg. Tijdens de wandeling
stelden wij hem vragen en zo hoorden wij dat hij al
twintig jaar in dienst was bij Mr. Owen. Hij had een
vrouw en elf kinderen, van wie er vijf in de fabriek
werkten. De andere zes kinderen waren nog geen tien
jaar. Hij was tevreden met zijn zware
verantwoordelijkheid en was niet bang voor de
toekomst. Zijn kinderen werden goed opgeleid, niet
alleen wat betreft kennis, maar ook in het geloof en
in goede manieren. Hij nodigde ons uit om zijn
woning met goed meubilair te bekijken. Tijdens
ziekte van één van zijn kinderen gedurende vier
maanden kreeg hij gratis goede medische zorg en
medicijnen.
Dr. Henry McNab,
The New Views of Mr Owen impartially considered,
1819
[naar boven]
Bron 7
Gezinnen die een
goede naam hebben en met drie kinderen boven negen
jaar die kunnen werken, zijn welkom. Zij krijgen een
huis tegen een redelijke huur en vrouwen en kinderen
krijgen werk. De kinderen kunnen gratis naar school:
degenen die werken 's avonds en die daar nog te jong
voor zijn overdag.
Old Statistical
Account for Lanarkshire, 1793
[naar boven]
Bron 8
De kinderen die
werken voor kost en onderdak zijn ondergebracht in
één gebouw. Op dit moment zijn het 396 jongens en
meisjes. Er zijn zes slaapzalen voor hen en per drie
kinderen is er een bed. De muren en plafonds worden
twee keer per jaar gewit met kalk en de vloeren
worden schoongemaakt met kokend heet water en zand.
De kinderen slapen in houten bedden en op strozakken
die elke maand ververst worden.
David Dale,
directeur van New Lanark, 1796
[naar boven]
Bron 9
Regels voor de
bewoners
-
Iedere woning
moet minstens één keer per week worden gedweild
en de muren moeten één keer per jaar worden
gekalkt.
-
De
gemeenschappelijke trappen moeten wekelijks bij
toerbeurt door de gebruikers worden
schoongemaakt.
-
Water, as en
afval mogen niet uit het raam worden gegooid
maar moeten bij de deur worden gezet voor afvoer
naar daarvoor bestemde plaatsen
-
In de huizen
mogen geen koeien, varkens, kippen of honden
worden gehouden
Robert Owen, ca
1800
[naar boven]
Bron 10
Human machines
Owen bedriegt
zichzelf. Hij is mede-eigenaar en directeur van een
grote onderneming, die in feite niet veel anders is
dan een plantage in Amerika. De mensen in zijn
fabriek zijn blank en volgens de wet vrij om ontslag
te nemen. Maar als zij blijven zijn zij net zo
onvrij als negerslaven. Zijn goede karakter en zijn
ijdelheid zorgen ervoor dat hij deze menselijke
machines, zoals hij hen echt noemt, zo gelukkig
mogelijk probeert te maken. En omdat hij dit met
2210 mensen kan doen, die volledig van hem
afhankelijk zijn, denkt hij dat de hele mensheid op
die manier geregeerd kan worden. Owen laat buiten
beschouwing dat zo'n systeem niet leidt tot
volledige vrijheid, maar alleen kan worden
gehandhaafd door absolute macht. Karaktervorming?
Zijn instellingen breken juist alle
karaktereigenschappen af. Persoonlijkheid en
beschaving worden juist vernietigd en zo gaan kracht
en geluk van mensen verloren.
R. Southy,
Journal of a tour in Scotland, 1819
[naar boven]
Bron 11
On the 26th
April, 1816, Robert Owen appeared before Robert
Peel's House of Commons Committee.
Question
At what age to take children into your mills?
Robert
Owen At ten and upwards.
Question
Why do you not employ children at an earlier
age?
Robert
Owen
Because I consider it to be injurious to the
children, and not beneficial to the proprietors.
Question
What reasons have you to suppose it is injurious to
the children to be employed at an earlier age?
Robert
Owen Seventeen years ago, a number of
individuals, with myself, purchased the New Lanark
establishment from Mr. Dale. I found that there were
500 children, who had been taken from poor-houses,
chiefly in Edinburgh, and those children were
generally from the age of five and six, to seven to
eight. The hours at that time were thirteen.
Although these children were well fed their limbs
were very generally deformed, their growth was
stunted, and although one of the best schoolmasters
was engaged to instruct these children regularly
every night, in general they made very slow progress,
even in learning the common alphabet. I came to the
conclusion that the children were injured by being
taken into the mills at this early age, and employed
for so many hours; therefore, as soon as I had it in
my power, I adopted regulations to put an end to a
system which appeared to me to be so injurious.
Question
Do you give instruction to any part of your
population?
Robert
Owen
Yes. To the children from three years old
upwards, and to every other part of the population
that choose to receive it.
Question
If you do not employ children under ten, what
would you do with them?
Robert
Owen
Instruct them, and give them exercise.
Question
Would not there be a danger of their
acquiring, by that time, vicious habits, for want of
regular occupation.
Robert
Owen My own experiences leads me to say, that
I found quite the reverse, that their habits have
been good in proportion to the extent of their
instruction.
[naar boven]
Internet sites
|