Histoforum      Lesmateriaal      Toetsmateriaal      Vakinformatie      Magazine    

Rubric presentatievaardigheden

Onderstaande rubric is een hulpmiddel voor het beoordelen van een presentatie.

Albert van der Kaap, Enschede, albert@vanderkaap.org  

Onderstaande rubric als excel bestand 

Onderstaande schaal kan gebruikt worden om de kwaliteit van de presentatie gedetailleerd in beeld te brengen. In dit voorbeeld is gekozen voor een vijfpuntsschaal. Als een dergelijke nuancering niet mogelijk is kan ook worden volstaan met en vierpuntsschaal of zelfs een driepuntsschaal. In het laatste geval geeft het cijfer één aan dat de leerling niet het criteria heeft voldoen, het cijfer drie dat een leerling wel aan het criterium heeft voldaan. Het cijfer twee geeft aan dat een leerling min if meer aan de eis heeft voldaan of dat de docent twijfelt over zijn oordeel. Om redenen die eerder zijn besproken (7.2), ligt het niet voor de hand om de score automatisch om te zetten in en score.

De schaal kan door leerlingen gebruikt worden als checklist voor hun presentatie en/of om een medeleerling te beoordelen (peer-assessment of co-assessment)  

 

Criteria

 

1

2

3

4

5

Non-verbale vaardigheden

Oogcontact

De leerling heeft voortdurend contact met het publiek en heeft zijn notities nauwelijks nodig.

O

O

O

O

O

Gezichtsuitdrukking

De leerling toont telkens een adequate gezichtsuitdrukking die de presentatie ondersteunt.

O

O

O

O

O

Gebaren

De leerling ondersteunt zijn verhaal op natuurlijke wijze met toepasselijke gebaren.

O

O

O

O

O

Houding

De leerling heeft gedurende de presentatie een ontspannen houding.

O

O

O

O

O

Uitstraling

De leerling heeft, bijvoorbeeld in zijn kleding, veel aandacht besteed aan zijn presentatie.

O

O

O

O

O

Stemgebruik

Stemgebruik

De leerling spreekt luid genoeg, brengt variatie in toonhoogte aan en articuleert goed.

O

O

O

O

O

Fluency

De leerling spreekt vloeiend, zonder haperingen

O

O

O

O

O

Enthousiast

De leerling straalt gedurende de hele presentatie enthousiasme voor het onderwerp uit.

O

O

O

O

O

Inhoud

Structuur

De presentatie kent een heldere opbouw, met een begin, een middenstuk en een afronding.

O

O

O

O

O

Aankondiging van het onderwerp

De leerling vertelt het publiek waarover de presentatie zal gaan.

O

O

O

O

O

Beoogd effect

De leerling weet precies wat hij met zijn presentatie wil bereiken.

O

O

O

O

O

Rekening houden met doelgroep

De leerling heeft zijn presentatie volledig afgestemd op de doelgroep.

O

O

O

O

O

Interactie

betrekt het publiek op adequate wijze bij zijn presentatie.

O

O

O

O

O

Afronding

De presentatie wordt duidelijk en ter zake afgerond.

O

O

O

O

O

Tijd

De presentatie voldoet wat de tijd betreft aan de eisen, niet te kort en niet te lang.

O

O

O

O

O

Beheersing van het onderwerp

De leerling beheerst het onderwerp volledig.

O

O

O

O

O

Informatiedichtheid

De hoeveelheid informatie is in overeenstemming met de lengte van de presentatie.

O

O

O

O

O

Visuele hulpmiddelen

De gekozen hulpmiddelen ondersteunen het betoog en maken de presentatie sterker.

O

O

O

O

O

Volledigheid

De leerling gaat diepgaand in op alle onderdelen.

O

O

O

O

O

Resultaat

De presentatie is bijzonder effectvol.

O

O

O

O

O

 


 

 

 

 

 

 Informatievaardigheden

Is hier sprake van samenwerkend leren?

 Informatievaardigheden

Copyright:  Albert van der Kaap, 2013